Bent u een psycholoog, coach, therapeut of een andere behandelaar en op zoek naar de kenmerkende symptomen van emotionele en psychische mishandeling? De hieronder genoemde symptomen hoeven niet allemaal tegelijkertijd voor te komen. Ze geven inzicht en achtergrond bij het herkennen van psychische en emotionele mishandeling en de mogelijk hieruit voortkomende traumatisering van de cliënt.
- Wantrouwen naar zichzelf en anderen
- Plegers met narcistisch gedrag leggen consequent de verantwoordelijkheid van reguliere interpersoonlijke problemen buiten zichzelf. Als de cliënt hierover wat terugzegt, dan is de cliënt voor hen per definitie de eigenlijke dader. De cliënt leert stap voor stap zichzelf hierdoor als bron van alle problemen te zien. Cliënten durven daardoor nauwelijks meer zichzelf of anderen te vertrouwen. Veel cliënten kunnen niet meer gewoon naar iemand luisteren, maar zijn continu alert op wat die ander nu ‘werkelijk’ zegt (een achterliggend, bedekt verwijt bijvoorbeeld) en of er geen psychologische en soms ook fysieke agressie volgt.
- Cliënten hebben achterdochtige of zelfs paranoïde gedachten, waar zijzelf ook van schrikken. Deze gedachten zijn echter meestal directe getuigenissen van hoe ver de pleger over de grenzen van de cliënt is gegaan en van hoeveel controle hij of zij had. De angst vertelt hoe bedreigd de cliënt zich vaak (terecht) voelde.
- Ernstige depressie en suïcidale gedachten
- Psychische en emotionele mishandeling zorgen ervoor dat mensen “lamgeslagen worden”. Hun persoonlijke wensen, gevoelens en voorkeuren werden niet getolereerd en zijn hierdoor weggesleten of nooit goed ontwikkeld. Het effect is dat iemand zichzelf niet meer is en geen sprankeling en levensvreugde of –energie meer voelt en laat zien. Het contact met de eigen essentie is als het ware weg: het verdwenen zelf. Emotionele en psychische mishandeling kunnen iemand zó onderuit halen dat diegene de zin in het leven verliest. Gedachtes aan zelfmoord en pogingen daartoe komen veel voor, sommige cliënten plegen ook daadwerkelijk zelfmoord.
- Verstoord besef van de realiteit
- Gaslighting vormt de kern van emotionele en psychische mishandeling en heeft een enorme impact op slachtoffers. Cliënten proberen te begrijpen wat er gebeurt of gebeurd is en gaan er over malen. Ze twijfelen voortdurend aan zichzelf, ook aan volstrekt normale en basale wensen, acties, ideeën, gevoelens, gedachten en herinneringen. Ze zoeken telkens bevestiging, vaak meerdere keren per gesprek: ‘Het lijkt wel alsof ik gek/labiel/zwak/gestoord ben’ of ‘Klopt het dat…?’ of ‘Het is toch niet normaal dat…?’ Cliënten gaan, ook ten opzichte van de professional, over al hun communicatie nadenken (“Kan dit wel? Is dit niet gemeen? Kijk ik aardig genoeg? Doe ik nu niet overdreven?”) Cliënten weten eigenlijk niet (meer) hoe het moet, “gewoon” communiceren of met mensen omgaan. Zij zeggen vaak zichzelf niet meer te begrijpen of te herkennen. Het gevoel van realiteit is bij cliënten afgebrokkeld en ze denken dat ze inderdaad gestoord zijn en misschien wel naar een inrichting moeten.
- Veel cliënten praten op een verontschuldigende manier: ‘Ja, ik weet niet hoor… / Ik hoop dat je het niet erg vind dat…’ Ze hebben geleerd al bij voorbaat sorry te zeggen. Deze cliënten nemen vaak voor elk probleem in de communicatie of relatie direct de gehele verantwoordelijkheid op zich, ook als duidelijk is dat de verantwoordelijkheid van het probleem geheel bij een ander ligt.
- Isolement en eenzaamheid
- Daders vervreemden cliënten niet alleen van de realiteit, ze proberen de cliënt vaak ook letterlijk te isoleren van vrienden, collega’s, kinderen en familie. Ook de onwetendheid en het onvermogen van de omgeving om hun problematiek goed te duiden helpt niet mee. Sommige cliënten voelen zich daardoor vervreemd van de hele wereld of horen letterlijk nauwelijks meer andere perspectieven op hun problemen. Ze horen nergens meer bij, zitten hun dagen uit, omdat ze niet meer kunnen voelen wie ze zijn en wat ze willen. Ze zijn een vreemde voor zichzelf geworden en voelen zich vaak eenzaam.
- Afhankelijkheid
- Denken dat er niemand anders meer van je kan houden: ook dit gevoel kent vrijwel iedere cliënt. Soms is dat het gevolg van hechtingsproblematiek, vooral bij mensen die opgroeiden bij een narcistische ouder bijvoorbeeld. Ook mensen die langdurig in een relatie emotioneel en psychisch mishandeld zijn, hebben soms moeite om later weer duurzame relaties op te bouwen of intimiteit toe te laten. Ze hebben snel het gevoel verlaten te worden, ook door de professional, en zijn zeer alert op vermeende signalen hiervan.
- De eeuwige zelftwijfel maakt dat cliënten het gevoel hebben niet meer in hun eentje tegen het leven opgewassen te zijn. Ze voelen zich erg afhankelijk van de mening en goedkeuring van anderen, zoals hun partner of ouder maar ook of juist die van de professional. Ze stellen veel en vaak hulp- en adviesvragen. Ze kunnen zich aan een professional vastklampen of deze juist verstoten en dan daar weer op terugkomen. Dit gedrag moet niet verward worden met een borderline- of afhankelijkheidsstoornis – er spreekt een diep gevoel van afhankelijkheid uit dat gecultiveerd is door de dader.
- Hyperalertheid
- Veel cliënten vertonen angstig gedrag omdat zij zich onveilig voelen. Hyperalertheid kan zich uiten in een hoge ademhaling, niet in de ogen durven kijken en telkens wegschietende blikken. Het kan zich uiten in te snel praten (zonder adempauzes), veel herhalingen in het gesprek, een chaotische gespreksvoering (van de hak op de tak springen) en lange monologen. Concentratieproblematiek is ook kenmerkend.
- Dissociatie
- Dissociatie komt veel voor onder slachtoffers, maar wordt vaak niet herkend. Dissociatie is een geestesgesteldheid waarin bepaalde gedachten, emoties, waarnemingen of herinneringen buiten het bewustzijn worden geplaatst, tijdelijk niet ‘oproepbaar’ zijn of minder samenhang vertonen. Dit kan zich uiten bij cliënten door middel van ‘staren’, met grote afstandelijkheid over zichzelf en de eigen ervaringen praten, alles weglachen of heel afwezig lijken. Cliënten die veel dissociëren zijn vaak hele stukken van sessies ‘kwijt’ en kunnen zich schokkende dingen die ze gedeeld hebben niet eens meer herinneren. Ze kunnen veel last hebben van flashbacks en zonder dat ze dit zelf doorhebben wegzakken in de oude realiteit, waardoor de behandeling sterk bemoeilijkt wordt. Het is van groot belang om dissociatie, als dit speelt, vast te stellen. Zie ook: Complex trauma en dissociatie.
- Verstoringen in de emotieregulatie
- Beide uitersten qua emotieregulatie komen voor: cliënten die niks meer lijken te voelen, of cliënten die om de haverklap heftige emoties hebben. Deze vormen kunnen elkaar ook afwisselen. De emotieregulatie, ontstaan tijdens de jeugd in relatie tot het hechtingsproces, is structureel verstoord of in de war gebracht. Bij kinderen en volwassenen worden vaak Ad(h)d of autistische trekken gediagnosticeerd terwijl hieraan ook hyperalertheid en dissociatie (hypo-arousal) ten gevolge van complex trauma ten grondslag kan liggen.
- Somatische klachten en ziekte
- Veel cliënten hebben last van lichamelijke klachten als vermoeidheid, hoofdpijn, misselijkheid, hoge ademhaling, rugpijn, benauwdheid, darmklachten, rug/nek/schouderklachten, houdingsklachten, gespannen spieren etc. Slaapproblemen komen ook veel voor. Een verkrampte of vreemde lichaamshouding kan ook een signaal zijn. Deze fysieke klachten kunnen het gevolg zijn van langdurige stress en trauma en kunnen worden samengevat als SOLK (Somatisch onvoldoende verklaarbare lichamelijke klachten). Ook eetproblematiek en overgewicht worden direct gelinkt aan het meemaken van emotioneel en psychisch misbruik. Van trauma en PTSS is bovendien bekend dat het kan leiden tot een hoog risico op diverse ziektes, bijvoorbeeld in het auto-immuun systeem of het zenuwstelsel, diverse vormen van kanker en (chronische) maag- en darmziektes.
- Niet meer normaal kunnen functioneren
- Plegers met narcistisch of psychopathisch gedrag grijpen in op de ontwikkeling en het functioneren van cliënten. Verschillende cliënten die een relatie met een narcistische partner hadden getuigen ervan hoe ze voor de relatie op hoog niveau functioneerden, en tijdens en na de relatie onder hun niveau werken of functioneren. Ze kunnen vaak niet meer helder denken en hebben een wattig gevoel in hun hoofd. Veel cliënten hebben vaak al moeite met de simpelste dingen waardoor werken op het juiste niveau niet meer haalbaar lijkt. Bij kinderen en jongeren is bekend dat trauma naar aanleiding van emotioneel en psychisch misbruik kan leiden tot minder goede schoolprestaties.
- Overgevoeligheid van zintuigen
- Cliënten kunnen overgevoelig worden voor licht, geluid en andere zintuiglijke gewaarwordingen. Veel cliënten kunnen niet meer veel prikkels verdragen en raken om het minste geïrriteerd of afgeleid. Soms zijn het specifieke prikkels die een ‘trigger’ veroorzaken (een bepaalde blik, beweging, persoon, object of geluid) waardoor ze zich zeer onveilig voelen en als reactie daarop hyperalert reageren of juist dissociëren.