Binnen welke types relaties vindt dwingende controle plaats?

Dwingende controle kan in elke relatie voorkomen die ongelijkwaardig is en kan voorkomen in iemands jeugd , op het werk of tijdens een duurzame relatie. Ook in groepen komt dwingende controle vaak voor. Hieronder worden de meest voorkomende relatievormen met de daarbij behorende aandachtspunten behandeld.

Een destructieve partnerrelatie

De eerste fase van de relatie lijkt vaak heel positief: de cliënt wordt overspoeld met positieve aandacht en wordt verliefd. De cliënt wordt ingepakt omdat de pleger zichzelf zeker wil stellen van narcistische voorraad (fase 1). Gaandeweg doen zich soms ook negatieve dingen voor. De tactiek van de pleger is om gedurende een continu proces het nietsvermoedende slachtoffer te laten wennen aan een serie van ‘onzichtbare’ kleine stappen van grensoverschrijdend gedrag.

Het mag er niet te gehaast uit zien, zodat het slachtoffer niet doorheeft wat er gebeurt en wat voor veranderingen er plaatsvinden.

De controle wordt opgevoerd (fase 2) en de destructieve momenten nemen toe. Daarnaast wordt het slachtoffer geïsoleerd van vrienden, collega’s, familie of zelfs de kinderen. In de laatste fase (3) heeft het slachtoffer zich meestal overgegeven. Het kan zijn dat de pleger het slachtoffer inruilt voor een nieuw slachtoffer en daarmee zijn of haar interesse verliest, omdat er nieuwe narcistische voorraad beschikbaar is. Sommige plegers houden hun slachtoffers echter in hun klem en willen deze relatie kost wat kost in stand houden. Dan is het aan het slachtoffer om zich aan de relatie te onttrekken (en lang niet alle slachtoffers hebben hier nog de kracht voor). Dit is vaak een zwaar proces waarbij het belangrijk is dat het slachtoffer overeind blijft. In ‘Je leven in eigen hand’ van Iris Koops worden deze fasen uitgebreid omschreven. Meer over de rol die de professional in dit proces kan innemen lees je hier.

Post partner geweld

Helaas eindigt dit type geweld meestal niet als de relatie eindigt. Als het slachtoffer de relatie verbreekt zijn er verschillende scenario’s mogelijk. De pleger zal soms proberen het slachtoffer terug te krijgen en met een mix aan verwijten, beloftes, excuses en emotionele druk proberen hem of haar te bewerken om de relatie te hervatten. Ook is het mogelijk dat hij direct een nieuwe relatie aangaat en het slachtoffer met rust laat.

Als de pleger op het slachtoffer gericht blijft en zij houdt afstand, dan is de pleger soms zo gekrenkt dat hij het slachtoffer te gronde wil richten, uit wraak. ‘Niet met mij, dan met niemand’. Hij of zij kan een lastercampagne starten richting gezamenlijke vrienden, de kinderen en familie om zo het eigen ego weer te herstellen. Het gevolg is dat het slachtoffer nog sterker geïsoleerd raakt. Ook kan de pleger kiezen voor openlijk geweld. Dit kan dusdanig vormen aan nemen dat er sprake is van stalking, onveiligheid voor de cliënt en een risico op homicide en femicide.

Als er kinderen in het spel zijn, heeft de pleger een machtsmiddel in handen. Hij of zij zal vaak via de kinderen ‘wraak nemen’. Dit gebeurt in het verborgene. Een schokkende uitkomst van dwingende controle is dat door misleiding en een charme-offensief richting professionals de pleger helaas vaak succesvol is in het verkrijgen van gezamenlijk gezag en co-ouderschap. Hij of zij zal niet schromen verder te gaan met emotioneel en psychisch misbruik en daarnaast afspraken schenden, alles bediscussiëren of via de rechtbank bevechten.

Soms richt de pleger zich obsessief op het isoleren van de andere ouder ten opzichte van de kinderen. Indien dit slaagt dan spreken we van ouderverstoting. Het kind wijst dan structureel het contact af met de andere, niet-narcistische ouder. Dit dient echter niet verward te worden met een slachtoffer die zijn of haar kinderen wil beschermen tegen verder misbruik.

Ervaringen van slachtoffers

Iedereen kan ten prooi vallen aan een destructieve partner. Soms komt slachtoffers hier pas na tientallen jaren achter. Hoe ziet dat er nu in de praktijk uit? Slachtoffers omschrijven waar ze in gezeten hebben en hoe eventuele kinderen meegenomen worden in de destructieve dynamiek van de pleger.

Een destructieve ouder: dwingende controle in het gezin

Dwingende controle kan zich op alle gezinsleden richten. Soms zelfs meer op de kinderen dan op de partner. De pleger voert zijn terreur uit over het hele gezinssysteem en de manier waarop doet vaak denken aan een mini-sekte. Elk gezinslid moet zich conformeren aan de eisen van de pleger, om zich enigszins veilig te kunnen voelen.

Het hele gezin lijdt onder de dwingende controle, maar de vorm en intensiteit die de pleger toepast verschilt vaak per gezinslid. De ouder is bij elk kind gericht op algehele controle en het bepalen van diens gedrag, gedachten en gevoelens. Dit kan vrij subtiel gebeuren, maar ook met de botte bijl.

“Mijn eigen gedachten en denken heb ik op jonge leeftijd afgeleerd, dat werd absoluut niet toegestaan. Alles werd gecontroleerd en daarna besproken. Al heel jong paste ik zelfcensuur toe waarbij ‘hij’ de machtige was en ik de loser.” Fragment uit artikel van Luca (27-11-2023)

Kinderen krijgen vaak verschillende rollen toebedeeld, zoals het gouden kind (golden child) of de zondebok (scapegoat). Structureel wordt het ene kind voorgetrokken en bewonderd en het andere juist mishandeld. De pleger richt zijn destructieve gedrag het meest op het gezinslid dat hij als bedreiging voelt van zijn ego en behoefte aan algehele controle. Dit kind wordt de zondebok, en vaak keert het hele gezin zich tegen hem/haar, hiertoe aangespoord door de pleger. Als de dwingende controle zich vooral op de partner richt en deze dus de zondebok is, dan worden de kinderen vaak gebruikt om dit proces te versterken. De uiterste vorm hiervan is ouderverstoting.

Hoe het zich opbouwt

Als een kind heel klein is, zijn er vaak in de relatie met de destructieve ouder nog weinig ‘problemen’: het heeft meestal nog een blinde bewondering voor de ouder en is geheel afhankelijk. Naarmate het kind ouder wordt en meer eigen keuzes wil maken en eigen wensen heeft, wordt de situatie onveiliger. De pleger tolereert alleen het gedrag dat zijn grandioze zelfbeeld bevestigt en eigen behoeften weerspiegelt of vervult. ‘Positief’ en destructief gedrag worden afgewisseld. Daarom ontstaat er bij veel kinderen geparentificeerd gedrag. Sterk aangepast gedrag in de vorm van pleasen, maar ook zeer teruggetrokken zijn verminderen de kans op mishandeling. Sommige kinderen worden juist opstandig en rebels en zij krijgen dan de rol van de zondebok. Maar ook kinderen die zich zoveel mogelijk aanpassen maar toch ‘verkeerd’ gedragen kunnen die rol toebedeeld krijgen; de destructieve ouder heeft hoe dan ook een zondebok nodig. Het kan ook zijn dat de rollen wisselen. De verdeel en heerspolitiek die de pleger voert leidt tot onderlinge verwijdering tussen broers en zussen en permanente onzekerheid. Met deze terreur houdt hij of zij controle over alle gezinsleden. Ook al geeft de ouder het gouden kind enkel ‘positieve’ aandacht, ook dit kind wordt gebruikt en raakt vaak beschadigd.

De ouder ziet elk kind als een verlengstuk van zichzelf en zal een kind belonen als het zich hiernaar gedraagt. Gedrag dat dit weerspreekt wordt afgestraft; het kind mag niet een persoon op zichzelf zijn, los van de ouder.

“De ouder hanteert verschillende controletechnieken om zijn kind ervan te overtuigen dat het nergens recht op heeft en zich nooit terug mag trekken. Er zijn zelfs ouders die hun kind slaap onthouden. Een vader maakte zijn kind elke nacht wakker, om uren aan zijn bed te gaan zitten doorzagen over wat het allemaal verkeerd had gedaan. Als een ouder het kind terechtwijst en het kind loopt weg, sluit zich bijvoorbeeld op in de wc, dan volgt er enkel nog meer straf. De ouder praat of schreeuwt op het kind in tot het ‘murw’ is, en het niet meer in zijn hoofd haalt om ooit nog te vluchten. De enige manier waarop het nog kan vluchten is door te dissociëren: er fysiek nog te zijn, maar psychisch en emotioneel niet meer.” IRIS KOOPS uit “Je leven in eigen hand

Gevolgen lange termijn

Opgroeien binnen een regime van dwingende controle leidt vaak tot Complex trauma. De ernst ervan is mede afhankelijk van de mate waarin de destructieve ouder slechts milde kenmerken van narcisme of psychopathie vertoont of echt een persoonlijkheidsstoornis heeft. En of beide ouders narcistisch of psychopathisch zijn of eentje niet, en of die andere ouder in staat is om steun te bieden aan het kind. Voor kinderen, en soms ook later als volwassene, is het ondoenlijk en zelfs gevaarlijk om te beseffen dat de eigen opvoeder in staat is tot zulk destructief gedrag. Zij moeten immers wel in dit systeem zien te overleven.

Kinderen in dergelijke gezinnen staan dagelijks onder hoogspanning. Door de onvoorspelbaarheid is het nooit veilig. De ouder zal middels gaslighting continu verwarring scheppen. In een normale situatie kunnen kinderen via veilige anderen op zichzelf en de wereld leren vertrouwen. Door de gaslighting wordt dit proces echter geblokkeerd. Er wordt je geleerd dat niets waar is en dat je nergens op kunt vertrouwen, vooral niet op jezelf. Hierdoor worden kinderen belemmerd in hun ontwikkeling en ervaren ze veel druk, ook in hun latere leven.

Inzicht en herstel van destructieve familiesystemen

De emotionele en fysieke schade van opgroeien in een destructief familiesysteem is vaak groot. We zien helaas dat deze dynamiek zich veelal vertaalt naar nieuwe relaties met dezelfde dynamiek. Op de website van Het Verdwenen Zelf hebben slachtoffers hun ervaringen van opgroeien bij dit type plegers omschreven evenals hun weg naar herstel.

Dwingende controle op de werkvloer

Plegers maken een prima eerste indruk, ze komen vaak charismatisch over en promoveren vaak snel door het inpalmen van hun leidinggevenden en collega’s en door op het eerste oog goede resultaten te leveren. Als ze hun positie in de organisatie hebben veilig gesteld, komt de ware aard meer naar voren. Ze richten zich hiermee op enkele doelwitten.

Zo kan de persoon voor wie je werkt of met wie je samenwerkt eenvoudig wisselende gedaantes aannemen. De ene dag heb je de indruk samen te werken met een vriend of vriendin, terwijl je de volgende dag compleet genegeerd kunt worden omdat die persoon de rol van de afstandelijke manager of collega speelt. Ook is hij of zij waarschijnlijk wisselvallig en inconsequent. Waar je normaal geroemd wordt om je punctualiteit, kan die persoon op een ander moment ontploffen omdat je terugkomt op een gemaakte afspraak. Ook word je gedwarsboomd door roddelen, het afkraken van je werk, het uitdelen van sneren en pesterijtjes. Vaak is het buiten proportie. IRIS KOOPS

Plegers weten de eigen prestaties te verhogen ten koste van een ander of het hele team. Indien ze op hoge leidinggevende posities terecht komen, wat relatief vaak gebeurt, richten ze op de lange termijn vaak afdelingen of hele organisaties te gronde. Door onbekendheid met dwingende controle wordt er vaak niet ingegrepen en kan een pleger in een nieuwe baan dit proces ‘hervatten’.

Dwingende controle in groepen

Ook in verschillende groepsvormen komt dwingende controle voor; deze worden dan ook wel ‘dwingende groepen’ genoemd. De meest herkenbare setting is natuurlijk een sekte, waar een charismatische leider macht heeft over zijn volgelingen en hen op verschillende manieren uitbuit en handlangers heeft binnen de groep die hierbij ‘assisteren’. Deze pleger hanteert de verschillende tactieken die dwingende controle kenmerken en die mensen gebonden houden in een setting die eigenlijk slecht voor hen is.

Dwingende controle kan echter ook voorkomen in groepen die op het eerste gezicht volstrekt normaal lijken. Een (sport)vereniging, hobbyclub, geloofsgemeenschap of trainingsgroep bijvoorbeeld. Binnen groepen is er vaak sprake van machtsongelijkheid (er is een leider en er zijn leden of deelnemers) en als deze leider kenmerken vertoont van narcisme en psychopathie, is de kans groot dat de rol van eindverantwoordelijke door hem of haar misbruikt wordt. Door middel van manipulatie en controletactieken vergroot deze leider zijn macht en persoonlijk gewin. Hij of zij zet verschillende vormen van mishandeling in die door ‘helpers’ (assistenten, etc.) vaak mee worden uitgevoerd en toe bedekt. Leden die kritiek durven te uiten worden binnen de groep geïsoleerd en op andere wijzen gestraft. Leden of deelnemers leveren zowel financieel als op het gebied van vrijheid en autonomie veel in. Door de gaslighting zien zij echter niet dat de leider de bron van de problemen vormt.

Het loskomen van een destructieve groepering is complex. Zeker ex-sekteleden raken vaak ernstig beschadigd en hebben professionele hulp nodig om de (vaak jarenlange) periode van ernstige dwingende controle te boven te komen. Het is belangrijk dat er veel meer aandacht komt voor de problematiek van gesloten groepen. Ze komen veel meer voor dan gedacht.

Copyright © 2024-2025 Iris Koops. Alle rechten voorbehouden